Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als het de Kanaanieten, en alle inwoners des lands horen zullen, zo zullen zij ons omsingelen, en onzen naam uitroeien van de aarde; [14]wat zult Gij dan Uw groten Naam doen? 14. Alsof hij zeide: Hoe zult Gij uw groten en heerlijken naam behouden, als de Kanaanieten zullen zeggen dat Gij nu de macht niet meer hebt om ons te beschermen en hen te dempen, gelijk Gij voor deze meermalen gedaan hebt.